Mickel Reemer (53): ‘Ik hoef niet in de spotlight, maar wil wel iets betekenen’

Mickel Reemer is geen man van de schijnwerpers. Hij zegt het zelf ook, zonder aarzeling: 

,,Ik ben een gesloten persoon. Iemand die zich niet vanzelf op de voorgrond dringt. Op een feestje ben ik niet het middelpunt – eerder degene die in een hoek staat te kijken hoe de kamerplanten erbij staan.”

Toch is hij onmisbaar als een van de stille krachten van partij ÉénHoorn: trouw, technisch sterk, betrokken, zet hij zich met hart en ziel in – voor zijn gezin én voor de samenleving.

Bij ÉénHoorn voelt hij zich al jaren thuis. „Ik ben niet iemand voor achter een marktkraam, maar ik help wel bij de opbouw. Ik kan veel betekenen achter de schermen.” Dat doet hij ook: met de website, de digitale infrastructuur, de techniek. En altijd met overtuiging. „Ik doe dat omdat ik me welkom voel bij deze club. Het is een warm bad. Gewone mensen, benaderbare mensen. Dat past bij mij. Fractievoorzitter André van Beusekom staat als schilder overdag op de ladder, trekt zijn overall uit om ’s avonds aan politiek te doen. Vind ik mooi.”

Een jeugd als buitenstaander

Mickel verhuisde op jonge leeftijd van Twisk naar Hoorn. „Twisk was in die tijd, eind jaren 70, een gesloten gemeenschap. Als je daar niet geboren was, hoorde je er eigenlijk niet bij. Dat voelde ik als kind heel sterk.”

Dat gevoel – buitengesloten zijn, niet goed genoeg zijn – is lang blijven hangen. „Ik was een Einzelgänger, voelde dat ik mezelf constant moest bewijzen.” Op de middelbare school bleef dat gevoel knagen. Pas in het bedrijfsleven begon dat te kantelen. „Toen merkte ik dat ik sociaal wat miste. Dat moest ik mezelf aanleren.”

Hij geeft een voorbeeld. „Iemand kwam terug van vakantie en ik begon meteen over werk, zonder te vragen hoe die vakantie was geweest. Niet goed en dat leerde me: ik moet anders communiceren.” Hij werkte eraan, stap voor stap. „Ik ben veranderd. Socialer geworden. Maar ik blijf iemand die eerst de kat uit de boom kijkt.”

Werken in de zorg-IT

Mickel werkt bij ChipSoft, een softwarebedrijf voor de zorgsector. „Wij maken systemen waarmee onder andere ziekenhuizen en huisartsen hun gegevens goed kunnen verwerken. Wat zij invoeren – afspraken, opnames, operaties – moet gestructureerd eruit komen. Daar werk ik aan mee.”

Zijn liefde voor IT kreeg hij mee van huis uit. Zijn vader werkte in de automatisering bij De Telegraaf. Mickel begon op de MEAO in Hoorn en werkte later onder meer bij de ING. Maar software en logica bleven trekken. „Ik hou van puzzels. Met hardware heb ik niks, maar software? Daar leef ik van op.”

Vader worden op je vijftigste

Mickel is getrouwd met Rina. Samen hebben ze een dochtertje, Charlotte, van bijna twee. Hij is ook stiefvader van Rina’s twaalfjarige zoon. „Vader worden op latere leeftijd heeft me veranderd. Ik sta nu nog bewuster in het leven.”

Hij ziet met bewondering hoe zijn dochter zich ontwikkelt. „Van een hoopje vlees naar een meisje met karakter, dat is ongelooflijk. En ja, dat geeft ook verantwoordelijkheid. Voor haar wil ik dat de wereld een beetje beter wordt.’’

Trouwen bij de oliebollenkraam

Zijn huwelijk vond plaats midden in de coronatijd, in 2020. Mickel en Rina konden door de coronamaatregelen geen feest geven, geen etentje, geen receptie. Maar ze besloten tóch iets te vieren. „We zijn naar de oliebollenkraam in Blokker gereden. Daar hebben we samen een oliebol gegeten. Dat was ons trouwgebak.” Een spontane en warme herinnering aan een dag waarop liefde het won van lockdownregels. „Geen zaal vol gasten, maar wel een oliebol om het leven te vieren.”

Anekdote: geen poedersuiker, wel de stroom

Nog zo’n typisch Mickel-moment: tijdens een verkiezingsactie met ÉénHoorn viel de stroom uit bij de kraam. „Dan ben ik aan zet,” zegt hij met een grijns. „Ik ben niet van het poedersuiker, maar zonder mij hadden we geen licht of warmhoudplaat.” Een jongetje van een jaar of acht kwam vragen of hij mocht helpen. „Ik liet hem een kabel aansluiten. Hij straalde. Toen zei hij: ‘Later wil ik ook zo worden.’’Mickel glimlacht als hij eraan terugdenkt. „Dan besef je: je hoeft niet luid te zijn om impact te maken.”

Wat hem drijft

Hij noemt het zijn levensmotto: eerst je eigen zuurstofmasker opzetten. „Zoals in een vliegtuig bij een calamiteit. Pas als jij stevig staat, kun je anderen helpen. Dat geldt ook in het leven.”

Zijn gezin staat op één. Maar omdat dat stevig staat, kan hij nu ook iets voor anderen doen – via ÉénHoorn. „Ik maak me zorgen over de versnippering in de gemeenteraad. Vijftien of zestien partijen die vaak hetzelfde willen. Dat werkt niet. Ik hoop dat ÉénHoorn daarin kan verbinden.”

Wat hij bij ÉénHoorn vindt, raakt direct aan wie hij is. „Als mensen benaderbaar zijn, voel ik me op mijn gemak.” En dat is precies wat hij ervaart bij zijn club. „Iedereen is anders, en toch hoort iedereen erbij. Dat maakt dit zo’n fijne groep. En daarom blijf ik me inzetten – op mijn manier.”

André van Beusekom: ,,Mickel is een gouden vent, hij hoort echt bij ons. Iemand die de boel kleurt.’’